Eerder las ik PAAZ, haar indrukwekkende verslag over haar verblijf op de Psychiatrische Afdeling van een Algemeen Ziekenhuis. Ze schrijft van binnenuit en laat je meekijken in haar hoofd, van zo dichtbij, dat je haar begrijpt en dat je bijna snapt hoe het moet zijn, depressief en Asperger. Niet niks, in elk geval.
En alsof dat nog niet genoeg was, wordt in dit boek duidelijk dat ze manisch-depressief is, wat haar wanhopig maakt.
'Heb ik dan nooit een normale dag gehad? Ja, de momenten tussen de depressies en dat bijna extatische gevoel van geluk in. Maar ik ben altijd op doorreis, van down naar up en weer terug. Dat die depressieve kant een probleem is snap ik, maar als nu ook alles boven de streep een probleem is... Wanneer ben ik dan géén probleem? Wanneer ben ik dan géén risico, geen belasting voor de mensen om mij heen? Wie ben ik dat ik zo mag zijn?'
Ondanks de zware problematiek blijft haar toon meestal nuchter, hier en daar een beetje luchtig zelfs.
En dat met zo'n zwaar leven, poe.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten